maandag 12 maart 2007

Kaasu Abdu


Zomaar een drinkbeker. Eén van duizenden. Gefabriceerd door Société Industrielle des Plastic (Siplast). Correctie: één uit duizenden.

Zomer 2002. We zijn in de wijk Këru Suuf Gaar te Rufisque, waar mijn schoonfamilie dan woonachtig is. Yaay Booy, mijn schoonmoeder, schenkt mij deze beker en noemt het direct Kaasu Abdu: beker van Abdou. Tijdens het ontbijt bereid door Yaay Booy (benn kilo baguette, een heel stokbrood – belegd met een dikke laag Chocoleca, chocoladepasta op basis van rauwe pinda’s, door de boutiquier om de hoek aangelengd met olie) drink ik er mijn kenkiliba uit. Da’s Senegalese thee. Je gooit een handje theebladeren in kokend water, even doorkoken, je giet het in een beker en klaar is Kiné.

Een autochtone Senegalees gooit er dan altijd nog van alles doorheen: Nido (volle melk poeder), Nescafé (oploskoffie) en uiteraard héél veel xoru suukër, suikerklontjes. Je tandglazuur vertoont direct barstjes bij de eerste slok als je dat zou drinken… Daarom maakt Yaay Booy op mijn verzoek altijd kenkiliba sans rax, pure thee met alleen een paar klontjes erin. Ik hou dan wel in de gaten of ze er niet stiekem een paar klontjes meer in gooit, want "anders is het niet te drinken hoor, Abdou" zegt ze altijd.
Eh waay, Yaay Booy, ndey saan… Wéétël na ma.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Zeg 't maar

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.