dinsdag 17 januari 2006

“De heidenen kenden geen afgoden”

Sinds begin januari heb ik een nieuwe provider en een nieuw emailadres èn een nieuw IP-adres. Daardoor heb ik gisteren voor de tweede keer een gratis éénmalige zevendaagse proeflicentie kunnen aanvragen bij Etymologie.nl. Het vinden van het woord ‘falie’ heeft toen geresulteerd in het stukje Moslima’s en hun falie. Vreemd trouwens dat het Franse woord voile (sluier) niet in deze lemma van ‘falie’ wordt aangehaald. Soit, met behulp van Etymologie.nl kan ik weer een weekje vrij (zinnig) associëren met woorden en begrippen. Daar gáán we weer:

Van de Gothische missie in Zuid-Duitsland… Bij mijn queeste op zoek naar bijzondere omschrijvingen en betekenissen van Nederlandse woorden vandaag het trefwoord ‘afgod’ ingetikt. Het blijkt een woord te zijn dat afkomstig is van de (middeleeuwse) Gothische missie uit Zuid-Duitsland. Als klap op de vuurpijl wordt de beschrijving van het woord (lemma heet dat officiëel) afgesloten met het volgende: "Het woord is beperkt tot de continentale Germaanse talen en is daar een product van de christelijke missie. In tegenstelling tot monotheïstische godsdiensten als christendom, jodendom en islam kenden de ‘heidenen’ geen afgoden".

…naar de Franse missie in Senegal (20e eeuw). De Franse missie heeft bij de Diola’s ook sporen in de taal nagelaten. Tijdens mijn verblijf in de Senegalese regio Casamance van november 1995 zing ik op een blauwe zondag mee met het kerkkoor van het dorp Tendième. Félix, mijn gids uit het naburige dorpje Djimakakor – waar ik op dat moment verblijf – maakt er deel van uit. Het is zijn taak om de teksten van de gezangen te beheren en bij uitbreiding van de bezetting van het koor teksten te kopiëren (lees: over te schrijven met een balpen). Het uitpluizen van de betekenis van de teksten zou een hels karwei monnikenwerk zijn geweest, dus daar heb ik mij toen niet aan gewaagd. Ik ben er wel achtergekomen, dat de teksten zijn gemaakt door Diola’s ten zuiden van de rivier de Casamance. Zij spreken een ander soort Diola dan Félix en zijn streekgenoten. Vele Diola’s zijn polytheïsten gebleven. De oppergod (astaghfiroellah) van hun pantheon heet Ataw, of voluit: Ataw Emit. Dàt is nu, moge Allah mij beschermen, de benaming geworden voor God in de religieuze gezangen van de katholieke Diola’s. Hoe zit het dan, bedenk ik me ineens, met Diola’s die zich tot de islam hebben bekeerd?

EEN CITAAT UIT ETYMOLOGIE.NL


Afgod zn. ‘valse godheid’ categorie: leenvertaling, geleed woord Mnl. afgod ‘heidense god’ [1240; Bern.]. Vormingen uit af en een zn. zijn ongebruikelijk; meestal gaat het om vormingen uit afleidingen van werkwoorden of bijvoeglijk naamwoorden (zoals aflaat). Mogelijk is het een leenvertaling van het Gotische bn. afguþs ‘goddeloos’ bij het zn. afgudei ‘goddeloosheid’. Het woord zou uit de Gotische missie in Zuid-Duitsland stammen en daar het negatieve voorvoegsel af- hebben gekregen. Het zou dan een onzijdig abstractum zijn met als betekenis ‘het goddeloze’, letterlijk ‘wat van god weg is’.
Os. afgod; ohd. abgot (nhd. Abgott); ofri. afgod (nfri. ôfgod naast ûngod). Het woord is beperkt tot de continentale Germaanse talen en is daar een product van de christelijke missie. In tegenstelling tot monotheïstische godsdiensten als christendom, jodendom en islam kenden de ‘heidenen’ geen afgoden. Literatuur: E. Karg-Gasterstädt (1945) ‘got und abgot‘, in: Beiträge zur Geschichte der deutschen Sprache und Literatur 67, 420-433 Fries cognaat: ôfgod.

UPDATE D.D. 11 MAART 2013: Alhamdulillah is de website Etymologiebank.nl wèl gratis toegankelijk. Klik op deze link voor meer info over 'afgod': www.etymologiebank.nl/trefwoord/afgod

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Zeg 't maar

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.