Mor Bâ |
DE SKETCH
Mor Bâ doet de sketch in de Wolof taal, met een zwaar aangezet Peulh accent (hij is Peulh van origine). De ene keer spreekt hij in eerste persoon (aangeduid als ‘P1′), de andere keer in derde persoon (aangeduid als ‘P3′). Soms volgen deze personen elkaar in rap tempo op:
We zijn ergens buiten, de wind waait hard door de palmen. Een Peulh (Mor Bâ) tracht een biljet van vijfduizend francs cfa uit de pochet van zijn boubou te halen. Hij is praktizerend moslim; ook een simpele financiële handeling als deze doet hij in de Naam van zijn Onderhouder, zijn Rabb:
P1 “Bismillahi Rahmani Rahiem” zegt de Peulh en hij reikt naar de pochet. Tot diens ontzetting is het biljet gevlogen. Meegenomen door de wind?
P1 “Alhamdulillahi Rabbil ‘Aalamien.” De Peulh kijkt nog eens goed, maar nee, niks, nada. “Alhamdulillahi Rabbil ‘Aalamien.” Nee, ci kaaw amul dara, de pochet is ècht leeg. “Alhamdulillahi Rabbil ‘Aalamien,” zegt de Peulh nog eens en Mor Bâ richt zich tot de zaal:
P3 “Mu xam ne nak, cinq mille b[ole], cinq millëm la! Ba mu yèkketi boppem di seen cinq mille bi naw bu fole, mu commencer joy nak!” “Nou, hij weet het zeker, die vijfduizend daar ergens, die zijn van hem [die moet hij weer terug]!. Hij kijkt omhoog, ziet de vijfduizend vliegen in de verte en begìnt dan toch te huilen, joh!”
P1 De Peulh huilt luid en spreekt tegelijk. “Alhamdulillahi Rabbil ‘Aalamien, [Ar-Rahmaani Rahiem], Maaliki Yaawmiddien…”
P3 “Benn waye far cinq mille bi.” > “Plukt er een gozer de vijfduizend [uit de lucht].”
P1 De Peulh wordt wanhopig en wenkt de gozer in kwestie. “Iyyaka na’boedoe…” De gozer geeft geen sjoege. “Iyyaka na’boedoe…” Hé, hiero! gebaart de Peulh, terwijl hij blijft steken in “Iyyaka na’boedoe…”
P3 “Waye ji xol ko, mu ne: ‘…wa iyyaka nasta’ien’.” > “De gozer kijkt [de Peulh aan, die legt de rechterhand op z'n hartstreek en] zegt dan: ‘…wa iyyaka nasta’ien’.” De blik van de gozer maakt dus indruk. De Peulh vraagt zijn Onderhouder, zijn Rabb, om hulp en laat de gozer met rust.
Deze sketch wordt opgevoerd in een razend tempo. Senegalees theater is theater van het grote gebaar en, vooral in komische stukken, rollende ogen; daar is Mor Bâ geen uitzondering op. De sketch is echter gefilmd in één groot totaalshot met slecht geluid, zo komt dat grote gebaar nauwelijks uit de verf (van Mor Bâ kun je de ogen trouwens nauwelijks zien, zie de foto). Bovendien vallen we door een montagefout ergens tijdens “Bismillahi Rahmani Rahiem” in het verhaal. Ik hoop van ganser harte dat eventuele video’s of DVD’s van deze komiek meer recht doen aan zijn mash’Allah talenten dan deze aanfluiting van een registratie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Zeg 't maar
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.