woensdag 17 december 2003

Lezing 2. Het onderhouden van familiebanden

Als vers bekeerde moslim heb ik in de periode 1996/1997 enkele verslagen gemaakt van bijgewoonde lezingen die werden gehouden door Abdulwahid van Bommel. Het onderstaande verslag is er één van.

een lezing door imam Abdulwahid van Bommel
t.g.v. een familie- en reüniebijeenkomst
datum : 15 Shawal 1417 

Al-Khaaliq DE SCHEPPER "Degene Die plannen maakt, Zijn plannen zijn volmaakt en ideaal"

Al-Baari' DE ONTWIKKELAAR "Degene Die het niet-bestaande tot bestaan brengt"


Al-Moesawwir DE VORMGEVER "Degene Die er zonder twijfel voor zorgt dat alles de best mogelijke vorm krijgt"


Bron van deze omschrijvingen: “De 99 Schone Namen Van Allah” door Zahurul Hassan Sharib. Bron van de afbeeldingen: www.arthafez.com/GALLERY/99NAMESOFALLAH

______________________________

Dit is een verslag van een lezing die tijdens een familie- en reüniebijeenkomst werd gehouden in de Vrije Universiteit te Amsterdam. DATUM: 15 Shawal 1417. Het verslag is aangevuld met informatie van Van Bommel waaraan hij tijdens de lezing vanwege de grote tijdsdruk niet is toegekomen.


Abdulwahid van Bommel:


OP EEN DAG
komt er een moeder met haar kind bij Abu Hanifa, één van de eerste geleerden van de Islam. Het kind heeft de gewoonte om alsmaar uit de honingpot te snoepen; de moeder weet niet wat ze er mee aan moet en vraagt Abu Hanifa om raad.
“Komt u over veertig dagen terug”, zegt de geleerde.
Vol vragen keert de moeder met haar kind huiswaarts. Na veertig dagen komen de moeder en haar kind weer bij Abu Hanifa op consult.
“Je kunt beter alles met mate doen”, geeft Abu Hanifa hen als raad mee.
“Waarom heeft u veertig dagen nodig gehad voor deze raad?” vraagt de moeder.
“Ik heb zèlf de gewoonte om alsmaar met mijn vinger in de honingpot te zitten”, antwoordt Abu Hanifa, “daarom heb ik mij eerst veertig dagen onthouden, om daarna pas goede raad te kunnen geven”.


HET GOEDE VOORBEELD…
Binnen islam maakt het geven van het goede voorbeeld deel uit van de pedagogiek. Als je dan een Nederlander zoals ik de opdracht geeft te spreken over “Het onderhouden van familiebanden” weet je niet wat je in huis haalt! Ik ben niet het goede voorbeeld. Wij Nederlanders zien onze familie nauwelijks. Verjaardagen en kerstfeest zijn de gelegenheden wanneer we elkaar ook nog wel eens opzoeken. Maar daar houdt het dan ook mee op. Ik kan u dus geen voorbeelden geven uit mijn eigen familieleven, maar ik kan u wel wat vertellen over hoe islam denkt over het onderhouden van familiebanden:

“O mensheid! Weest u bewust van uw Onderhouder en Opvoeder (Rabb) die u uit één nafs (levend wezen) schiep en daaruit diens partner schiep en uit die twee vele mannen en vrouwen voortbracht(…)” 4:1


NAFS
De koranische term “nafs” kan veel betekenissen krijgen in westerse talen, zoals: ZIEL – GEEST- SPIRIT – PERSOON – MENTAAL WEZEN – BEZIELD WEZEN – MENS – MENSELIJK WEZEN – LEVENSPRINCIPE – etcetera. Wat de koran hier in wezen doet is het benadrukken van de gemeenschappelijke oorsprong van de hele mensheid. In dit verband wordt bij koran-uitleg vaak verwezen naar dit vers:

“O mensheid! Wij hebben u uit man en vrouw geschapen en Wij hebben u tot volken en stammen gemaakt, opdat u elkaar leert kennen(…)” 49:13

Opvallend is dat de koran hier ‘mannelijk’ en ‘vrouwelijk’ gebruikt, dus de mens is uit mannelijke en vrouwelijke elementen geschapen. “Zawdjahaa” (levensgezel, levensgezellin, maatje, helper, wijfje, partner, etcetera) verwijst naar één van de twee bestanddelen van ‘een paar’. Of zoals Fahruddin Razi, namens Abu Muslim zegt: “Hij schiep zijn levensgezellin (d.w.z. zijn sexuele wederhelft) uit zijn eigen soort: “min djinsihaa”. Naast een biologisch wezen is de mens ook een ethisch wezen:

“(…)Weest godbewust want in Zijn aanwezigheid heeft u een gemeenschappelijke sociale verantwoording ten opzichte van elkaar (heeft u uw rechten en plichten ten opzichte van elkaar)(…)” 4:1

waarna de “arhaam” worden genoemd, de “baarmoeders”, die nieuw leven voortbrengen en het knooppunt van familierelaties vormen.


AR-RAHMAAN – AR-RAHIEM – RAHIM
In dit verband wil ik het met u hebben over “Ar-Rahmaan” en “Ar-Rahiem”, twee woorden die moslims in hun leven het meest gebruiken:

Bismillahi Rahmaani Rahiem
IN DE NAAM VAN ALLAH, DE BARMHARTIGE, DE GENADEVOLLE


Honderdendertien keer komt deze aanhef in de koran voor, aan het begin van elk hoofdstuk (behalve die van het hoofdstuk At-Taubah). We zeggen deze woorden als we een stuk brood nemen, als we de deur uitgaan, als we een gebedsruimte betreden, etcetera, alles in ons leven doen we “in de Naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle”. Deze twee Schone Namen/Kwaliteiten/Eigenschappen van Allah (swt) staan centraal in ons leven.

In de Naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle “Verkondig de Naam van uw Heer, die schiep Die de mens schiep van een klonter bloed” 96:1-2

In de Naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle “Voorwaar, Wij scheppen de mens uit een uittreksel van klei. Dan plaatsen Wij hem als een kleine levenskiem in een veilige plaats. Vervolgens vormen Wij de levenskiem tot een klonter bloed; daarna vormen Wij het geronnen bloed tot een (vormeloze) klomp; dan vormen Wij beenderen uit deze (vormeloze) klomp; daarna bekleden Wij deze beenderen met vlees; vervolgens ontwikkelen Wij het tot een nieuwe schepping. Gezegend zij Allah, de Beste Schepper.” 23:12-14

Die “veilige plaats” van die klonter/klomp is natuurlijk:

rahim (= baarmoeder)

Iedereen kan zien dat er een directe verbintenis is tussen De Baarmoeder en barmhartigheid/genadigheid. Dat is zo klaar als een klontje.

KAN HET NOG DUIDELIJKER?

De twee Goddeliike Eigenschappen “De Barmhartige” en “De Genadevolle” hebben via De Baarmoeder een stem gekregen. Hij die de band met zijn ouders en dus ook zijn moeder onderhoudt, onderhoudt daarmee ook de relatie met Allah. Lees in dit verband eens de volgende verzen uit de heilige koran:
soera Al-Israa 17:23-24
soera Luqmaan 31:14-15
soera Al-Ahqaaf 46:15-18


Abu Hureira heeft overgeleverd dat de profeet (vzmh) zei: “Allah schiep het universum en toen hij klaar was, verhief zich de baarmoeder en zei: ‘Ik sta hier om mijn toevlucht bij U te zoeken tegen het verbreken van de familiebanden’. En Allah zei: ‘Ben je tevreden indien zij die de band met jou onderhouden daarmee de band met Mij onderhouden, en zij die hem verbreken daarmee de band met Mij verbreken?’ ‘Dan ben ik tevreden’, zei de baarmoeder. ‘Dan is dat jouw positie’, zei Allah. Leest indien u wilt”:“Zult u dan niet door u van Allah af te wenden corruptie in het land brengen en uw familiebanden verbreken?” 47:22
In een andere versie van deze heilige overlevering zegt de profeet (vzmh) in een verbinding met hoofdstuk Al-Alaq: “De baarmoeder hing aan de troon van Allah (zoals de foetus/het embryo aan de baarmoederwand – bedoeld wordt: ‘stond voor de troon van Allah’) en zei: ‘Hij die de band met mij onderhoudt, onderhoudt zijn band met Allah en hij die die band verbreekt, verbreekt zijn band met Allah!’”

Zoals gezegd, de twee Goddelijke Eigenschappen “De Barmhartige” en “De Genadevolle” hebben via De Baarmoeder een stem gekregen. Van nature is De Moeder vol van liefde, barmhartigheid en genade voor Haar kind. Moederliefde is spreekwoordelijk. Moederliefde is vanzelfsprekend. Zo vanzelfsprekend, dat wanneer een moeder geen liefde voelt voor het kind dat ze gebaard heeft, ze nodig moet worden opgenomen in een inrichting. Want dan is er iets goed mis.


TER AFSLUITING…
Nogmaals, ik ben niet het goede voorbeeld als we het over onderhouden van familiebanden hebben. Maar ik heb wel van islam geléérd. Dertig jaar geleden ben ik middels mensen (en teksten) tot islam gekomen. De moslims die ik ontmoette, hadden die twee eigenschappen: barmhartigheid en genade. Twee eigenschappen die mij echt raakten. Hadden die moslims die eigenschappen niet gehad, dan was het met mij waarschijnlijk heel anders gelopen. Wij moslims zijn hier in Nederland geen meerderheid. En we hebben hier ook niet de beste maatschappelijke posities. Maar we kunnen wel laten zien dat we vertegenwoordigers zijn van een wereldreligie met grote filosofische concepten.

Ter afsluiting een voorbeeld van barmhartigheid en genade zoals getoond door Mohammed (vzmh) – overgeleverd door Moeslim.

Op een dag komt een man bij de profeet (vzmh) en zegt: “Boodschapper van Allah, het is gebeurd met mij!”
Mohammed (vzmh) vraagt: “Wat is er dan gebeurd?”
De man antwoordt: “Ik ben overdag tijdens de Ramadan intiem geweest met mijn vrouw.”
Daarop vraagt Mohammed (vzmh): “Ben je in staat om een slaaf te bevrijden?”
“Nee”, zegt de man.
“Kun je dan vasten voor twee maanden achtereen?”
“Nee”, zegt de man.
“Ben je dan in staat om zestig armen te voeden?”
“Nee”, zegt de man, en gaat erbij zitten.
Dan wordt er een grote mand gevuld met dadels de moskee binnengebracht.
Mohammed tegen de man: “Geef dit als liefdadigheid aan de armen.”
Waarop de man verklaart: “Tussen de twee lavavlakten van Medina is er geen familie armer dan de mijne.”
Mohammed (vzmh) lacht zo dat zijn hoektanden zichtbaar worden en zegt: “Neem die mand mee naar je familie.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Zeg 't maar

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.