In
Het Vrije Volk van 14 december 1950 vind ik een amusant verhaal, een column zo je wilt, gesitueerd in Caïro. In deze stad zouden koranteksten voor commerciële doeleinden worden gebruikt: "...en na een schoon voorgezongen passage klinkt een zuchtend aangehouden 'amie-ien' - amen - of een aangedaan 'o, hoe liefelijk'......" Zou de sjech uit het verhaal (ook) smeekgebeden hebben gedeclameerd? Dan reageer je immers met 'amien' (wat je niet doet tijdens het luisteren naar koranrecitatie). Hoe dan ook, het is de moeite waard dit verhaal te lezen. Komt-ie:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Zeg 't maar
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.